Het artikel ‘Afhankelijke adembescherming voor asbest biedt onvoldoende bescherming’ leidde tot discussies, vragen en zelfs Kamervragen. Alle reden voor een vervolg.
De auteur van het artikel (12 maart 2013 – asbestmagazine.nl), Rob Arzoni, heeft een selectie gemaakt uit de vele reacties en geeft in dit vervolgartikel zijn antwoorden, aanvullingen en/of adviezen.
Gelden de conclusies ook voor maskers die met onafhankelijke lucht worden gebruikt?
Het lekken van het masker is vooral negatief van invloed als de hoeveelheid aangeblazen lucht 'onvoldoende' is. Zolang het masker in overdruk staat, zal er bij 'lekkage' lucht naar buiten stromen.
Een lekkend masker dat wordt aangeblazen met 300 liter/minuut zal dus beter beschermen dan een masker met 120 l/min aanblaas. Maar bij een passend masker zou het niet zo veel uitmaken.
Belangrijk daarbij is te beseffen dat maskers met onafhankelijke lucht regelmatig worden gebruikt terwijl ze niet zijn aangesloten op de leefluchtslang. Op dat moment wordt het masker door het ademhalen continu in onderdruk gezet. Bij een lekkend masker wordt de vuile lucht naar binnen gezogen en ingeademd!
Dan zet je het toch strakker vast!
Bij het strakker zetten van een masker loop je het risico dat de aansluiting op het gezicht vervormt en juist meer gaat lekken. En te los is natuurlijk sowieso niet goed.
Is het een goed idee om de maskers periodiek te laten keuren en uit te breiden met een paslek-test?
Jazeker. Een praktisch alternatief is dat je een paslek-test opneemt bij het behalen van de persoonscertificaten DTA, DAV, DKA etc. Daarbij kan dan wat nadrukkelijker aandacht worden geschonken aan het op een juiste wijze opzetten van een masker en het decontamineren van de ABM's (ademhalingsbeschermingsmiddelen). De meeste maskers, slangen en ademautomaten zijn namelijk niet goed schoon en/of liggen in een kist tussen spullen die niet schoon zijn.
Een van de reacties betrof dat het onderzoek onvolledig was en gebaseerd op aannames.
Het onderzoek heeft voor mij persoonlijk en de drie andere testpersonen volledig en onomstotelijk aangetoond dat wij onvoldoende werden beschermd. Ik concludeer daaruit dat u mogelijk ook minder goed bent beschermd dan u denkt.
Daarbij werden we gewezen op de NEN-EN 529 waarin aanbevelingen zijn gegeven voor keuze, gebruik, verzorging en onderhoud van adembeschermingsmiddelen. Deze norm was mij niet bekend en komt in wet- en regelgeving, certificatieschema's en NEN-normen voor asbest niet voor.
Scott Powerpak met Gemini volgelaatsmasker.
In het artikel is vermeld dat mijn persoonlijke adembeschermingsmiddel een Powerpak met Gemini volgelaatsmasker was. En vermeld is dat het masker op mijn gezicht lekt. Dat zegt dus niks over de kwaliteit van Scott of van hun producten. Het gaat erom dat je beter beschermd bent als je een masker koopt dat goed past.
Een kritische lezer merkt op dat ook asbeststofzuigers kritisch bekeken moeten worden.
Naast het ongeschikt zijn van HEPA H13-filters op de onderdrukmachine (als de nieuwe lage grenswaarden van toepassing zijn) en het mogelijk te kort komen van de beschermingsfactoren van adembeschermingsmiddelen voldoen ook de asbeststofzuigers straks mogelijk niet meer aan de eisen. Deze blazen mogelijk ook meer uit dan het niveau van de nieuwe grenswaarde. En deze zouden ook nu al niet voldoen aan de formele DOP-test (Dispersed Oil Particulate-test, waarbij visueel gecontroleerd wordt wat er aan rookdeeltjes door het filter komt; NEN-EN 1822), aldus een kritische lezer.
Is de werkgever aansprakelijk te stellen?
Om kort te gaan: je kunt pas iemand aansprakelijk stellen als er concrete schade is (zoals een diagnose van mesothelioom of longkanker).
Natuurlijk heeft de werkgever een zorgplicht en moet ter invulling daarvan deugdelijk beschermingsmateriaal verstrekken. Maar de werkgever die daarin tekort schiet, wordt er vanwege de lange incubatieperiode van deze ziekten misschien pas over decennia op afgerekend.
Al die tijd biedt het civiele aansprakelijkheidsrecht niet echt een prikkel voor de werkgever om over te gaan tot het verstrekken en controleren van betere maskers. Je kunt op afstand zien aankomen dat de huidige werknemers van zulke werkgevers die het wat minder nauw nemen met de invulling van hun zorgplicht, hier in de toekomst de dupe van zullen worden.
Overigens wil ik, aan deze geleende en verkorte tekst van mr. dr. Yvonne Waterman (Waterman Legal Consultancy, onder meer gespecialiseerd in het asbestaansprakelijkheidsrecht), nog toevoegen dat ook de werknemer zijn verplichtingen en verantwoordelijkheden heeft. We kunnen vermoeden dat een deel van de blootstellingsrisico's optreden door het eigen handelen of handelen van collega's. Dit is wat we regelmatig zien bij 'onze collega's':
- niet goed, of zelfs niet decontamineren;
- vuil masker, vuile ademautomaat, vuile kist;
- vuile schoenen of slippers in de kist;
- weken geen filters wisselen;
- natte filters na decontamineren, gewoon laten zitten met risico op scheuren;
- motor uit bij koud werk;
- masker los op het gezicht;
- niet geschoren.
In een van de reacties wordt samengevat gesteld dat de juridische gevolgen voor de werkgever meevallen als je naar het geheel kijkt. Hij heeft tenslotte adembeschermingsmiddelen ter beschikking gesteld en de werknemer ook een cursus aangeboden (bijv. DTA, DAV) waarin word doorgenomen dat je een masker altijd zelf moet controleren en hoe je kunt vaststellen of het masker voldoende afsluit door de paslek-test. Veiligheid begint bij jezelf en wie kan het daar mee oneens zijn. Het punt dat hier wordt gemist is het ‘ter beschikking stellen van het masker’. Het door de werkgever aangeboden masker past niet altijd bij het gezicht waardoor blootstellingsrisico's kunnen ontstaan.
Ook mr. dr. Waterman geeft aan dat de juridische verantwoordelijkheid voor het verstrekken en onderhouden van deugdelijk beschermingsmateriaal volgens de rechtspraak bij de werkgever ligt. Hoe groter het risico of de ernst van de potentiële gezondheidsschade (een dodelijke ziekte) is, hoe strenger dit wordt uitgelegd.
Haar advies aan werkgevers is: zorg vooral voor een goed passend masker en houd er rekening mee dat de rechter zich daarin heel veeleisend richting de werkgever opstelt. De werkgever die zijn werknemers asbest laat saneren met een slecht passend masker is volstrekt kansloos met het verweer dat de werknemer dan maar beter op had moeten letten, een eigen verantwoordelijkheid had, tijdig had moeten klagen, etc.
Gevraagd is of er een zelftest bestaat om lekkage vast te stellen.
Ja, die test is er en werd je vroeger aangeleerd bij je opleiding tot DTA. Je haalt de luchtslang los (op masker of ademautomaat) en houdt de opening dicht. Bij inademen merk je of je masker aansluit.
Deze methode is natuurlijk zeer grof en werkt niet als vervanging van de paslek-test.
Rob Arzoni
Eerder gepubliceerde artikelen over dit onderwerp op Asbest en Bouw:
Afhankelijke adembescherming voor asbest biedt onvoldoende bescherming
Kamervragen over artikel van Asbest en Bouw
Minister van SZW beantwoordt Kamervragen 'adembescherming asbest onvoldoende'